23/06/23

Het voetbalhart klopt hier niet meer (deel 1)

Als kind was de eerste voetbalwedstrijd waar mijn vader mij mee naartoe nam, als ik me goed herinner, een thuismatch van AA Gent tegen SK Beveren. We mochten als kinderen in de staantribune rechtover de hoofdtribune, in de box die soms voorbehouden was voor de televisie, als die de match toonden. Gent speelde toen nog in tweede klasse, dus was die leeg. Leuk detail: in de krant (Het Volk) stond een foto van de match genomen tijdens een fase rond de middellijn en op de achtergrond kon je mij en mijn broer zien zitten (amper herkenbaar natuurlijk).
Voetbal is altijd een belangrijk deel van mijn leven gebleven en hoewel ik allesbehalve een fanatieke supporter ben, blijft AA Gent toch in mijn hart. Maar ik kan ook genieten van andere ploegen en andere stadions. Enkele jaren geleden, toen we het huis hier net gekocht hadden, ging ik met mijn beste vriend naar de bekerwedstrijd van KSK Ronse tegen Racing Genk. Voor de Ronsenaren was deze loting in de Croky Cup natuurlijk een buitenkans, maar sportief maakten ze niet echt kans, zoals ook zou blijken. De sfeer in het stadion was echter geweldig.
KSK Ronse is intussen opgegaan in fusieclub KSK Vlaamse Ardennen, met KVV Vlaamse Ardennen uit Maarkedal maar nu spelend in het stadion van KSK Ronse. KSK Ronse was zelf een fusieclub, van AS Renaissienne en FC Renaissienne, sinds 1987. 


Vandaag hebben we het over het oude stadion van ASSA Ronse, zoals de club in het Nederlands heet. Ze speelden in het Maurice Vandewielestadion, gelegen aan de Viermaartlaan. Het stadion is niet meer in gebruik en wordt (of werd?) verkocht maar soms kan je er toch nog een kijkje nemen (als is het strikt genomen verboden want privé eigendom). 

 

Veel blijft er niet meer over: je ziet een hoog grasveld waarin nog 2 doelen staan en de hoofdtribune, met zwarte en groene verf, verkeert in niet al te beste staat meer. Bovendien staat er intussen al wat begroeiing voor. Maar toch krijg je een idee van hoe voetbalfans hier hun ploeg hebben aangemoedigd. Ooit was dat zelfs tot in tweede klasse en ooit speelde een zekere Raymond Goethals bij de club.
Veel meer informatie over het stadion, zijn geschiedenis (en dat van de club) kan je hier vinden. En in een later te publiceren deel 2 gaan we op zoek naar het voormalige stadion van FC Ronse, het Parc Lagache, waar nu tennis- en padelvelden zijn.




13/06/23

Ronssies, een dialect als geen ander

Naar het schijnt is het Ronsisch dialect (of "Ronssies" zoals dat hier dan heet) net als Gents een dialect dat een heel bijzondere plaats inneemt binnen de Vlaamse dialecten. Terwijl de meeste dialecten heel erg verwant zijn binnen eenzelfde regio, geldt voor beide dialecten dat ze een heel unieke mengelmoes zijn. De historische ontstaangeschiedenis met de verschillende invloedssferen doorheen de geschiedenis én de komst van heel wat arbeiders van heinde en verre voor de textielindustrie, zouden hiervoor verantwoordelijk zijn.
Binnen de stedelijke cultuurraad werd in 2011 de werkgroep 't Ronssies Geklapt opgericht om het dialect te herwaarderen, te beschermen en te promoten.
Eén van de meest zichtbare elementen daarvan is het beeldje dat je hierboven al zag. Het stelt "Buuntsies Neutsies" voor, de bijnaam van Julien Deraedt, die in de vorige eeuw zijn gepofte erwtjes aan de man bracht bij voetbalwedstrijden en andere activiteiten. Hij staat symbool voor het dialect en naar het schijnt brengt even over het hoofd wrijven van het beeldje geluk. Hij staat afgebeeld met de mand waarmee hij door de stad trok. Je vindt het beeldje in het centrum , aan De Vrijheid, het gebied nabij de Sint-Hermesbalisiek. Over de geschiedenis van dat stadsdeel zal ik het later nog wel eens hebben.


De "buuntsies" worden overigens nog steeds gemaakt, door Marnic Torque, en je kan ze niet alleen kopen bij de toeristische dienst maar in heel wat cafés staan ze naast chips en een kaasje op het menu.
Zoals ik al eerder vertelde, ben ik dan wel een Gentenaar van geboorte, ben daar opgegroeid en heb daar een groot deel van mijn volwassen leven gewoond, maar wellicht doordat mijn ouders uit de omliggende streek waren (Beervelde en Lochristi) spraken wij geen Gents en ik ben dat dialect dan ook niet machtig. Ik luister er wel graag naar en kan genieten van b.v. de liedjes van Walter De Buck in het Gents (waarvan vele eigenlijk door volkszanger en notoir socialist Karel Waeri zijn geschreven bijna een eeuw eerder). Het dialect hier in Ronse kan ik uiteraard zeker niet en het klinkt in mijn oren inderdaad als een vreemde mix van Westvlaamse, Brabantse en nog een hele hoop andere klanken. Leuk is wel dat aan heel wat winkels een bordje hangt met een Ronsisch dialectwoord dat verbonden is met het soort winkel waar je langsloopt.

11/06/23

Plons!


Deze week las ik dat het oud zwembad van Ronse te koop staat. Het gebouw in de Engelsenlaan was nog in gebruik toen we ons huis kochten, maar kort erna werd het gesloten omdat ter hoogte van het sportcomplex 't Rosco, waar ook het voetbalstadion van toen nog KSK Ronse staat, een nieuw zwembad in gebruik werd genomen. Dat laatste kende echter wel wat hindernissen want er was een gigantisch waterlek waardoor het opnieuw maanden gesloten was.




Sinds het op 30 juni 2019 sloot, staat het gebouw er leeg en ietwat verkommerd bij. In de zomer van 2020 deed het nog even dienst als locatie voor het kunstproject Salon des Artistes (samen met het oude postgebouw op de Grote Markt). Oorspronkelijk waren er plannen om het in te richten voor de jeugd, maar die vage plannen werden dus afgevoerd en nu kan je het zwembad kopen voor minimum 350.000 euro. Er gelden enkele voorwaarden: de laanstructuur én het oorlogsmonument aan de ingang moeten behouden blijven, de toegang tot het achterliggende park moet gevrijwaard blijven en er mogen maximaal vier bouwlagen komen. Retail mag er niet komen, het is de bedoeling dat het een woonfunctie krijgt.




07/06/23

Bewaar ons van geestelijk lijden


Vorige zondag, Heilige Drievuldigheidszondag in de kerkelijke kalender, hield Ronse naar jaarlijkse en eeuwenoude traditie de Fiertel(ommegang). Daarbij worden de relieken van de patrooheilige van de stad, Sint-Hermes, rondgedragen op een parcours van maar liefst 32 kilometer helemaal rondom Ronse. Volgens de traditie wordt daardoor iedereen binnen die cirkel beschermd tegen geestesziekten. Over wie Sint-Hermes was en hoe hij nog aanwezig is in de stad, zal ik het later zeker nog een keer hebben.
Mijn eigen gezondheidstoestand staat me niet toe om fysiek deel te nemen aan de Fiertel, maar dit jaar wou ik absoluut gaan kijken. Het programma van de Fiertel is eigenlijk gespreid over twee dagen, met op zondag dus de ommegang. Op zaterdag trekken de figuren Trommel en Fluitje door de stad. Vorig jaar was het me niet gelukt hen te treffen, ik moet hen mislopen hebben bij mijn kriskras tocht door het stadscentrum. Ik sprak zelfs winkeliers aan om informatie te krijgen over waar ik ze kon treffen, maar ze konden me niet verder helpen. Het officiële programma was immers niet duidelijk over hun start- of eindhalte en het parcours dat ze zouden volgen, enkel het beginuur stond vermeld. Dit jaar wou ik niet dezelfde fout maken en dus toerde ik met mijn scooter door de binnenstad, overtuigd dat ik hen toch een keer moest treffen. Het werd net als vorig jaar een kale reis.


Op zondag ging ik kijken ter hoogte van de kruising tussen de Kruisstraat (op de bekende flank van het wereldkampioenschap wielrennen waar Criquielion een mogelijke wereldtitel verloor door een val) en Broecke, ook het punt tot waar de notabelen en de harmonie meestappen. Nog voor de officiële stoet voorbijkwam, passeerden er constant wandelaars die de Fiertel ook zouden afleggen (of een deel ervan). De vrolijke ambiance, het grote aantal wandelaars en de diversiteit aan deelnemers (van kinderen in een buggy tot mensen met al behoorlijk wat jaren op de teller) verbaasden me. Ik kreeg meteen zin om ooit ook eens, minstens gedeeltelijk, mee te wandelen. Hopelijk lukt dat ooit eens, als mijn lichaam het opnieuw toelaat.
Doordat de Kruisstraat oploopt, hoorde je de harmonie die marsmuziek speelde, al nog voor je hen zag opdoemen vanachter de flauwe bocht die de straat lager maakt. De hele parade is naar alle eerlijkheid indrukwekkend. Hoogtepunt is natuurlijk het door dragers meegezeulde reliekschrijn, dat voortdurend begeleid wordt met het geklingel van twee handbellen.

Bekijk hieronder het filmpje dat ik maakte van de doortocht:


05/01/23

Lieve mensen

Lieve mensen,

vooreerst een gelukkig nieuwjaar. Moge 2023 een fijn jaar worden voor u en uw familie en ook voor Ronse. Iets meer dan een jaar woon ik hier intussen en ik ben van de stad gaan houden. Ik woon hier graag en ik ontdek nog regelmatig nieuwe plekjes waar het fijn is, activiteiten die interessant zijn en een fijne leefomgeving.

Ik zeg ook niet zomaar "lieve mensen" want als er iets is wat me is opgevallen in het voorbije jaar, is het wel dat ook iedereen die bij me op bezoek komt het erover eens is. Ronsenaren zijn vriendelijke, lieve mensen. Waar ik ook met mijn bezoekers kom om te winkelen, te eten of iets te drinken, telkens opnieuw zeggen ze op het einde van de dag: "Zo vriendelijk dat de mensen hier zijn!". Ik merk het ook. Ik heb geen idee waarin het verschil ligt met b.v. Gent en Brugge (maar ook met meer landelijke gemeenten waar mijn vrienden wonen), maar het valt op. En daarom, lieve mensen, koester die vriendelijkheid en laat ze ook in 2023 hét kenmerk zijn van Ronse.